Table of Contents
- vanaf 100 - 500 cc te detecteren, afh van
- houding, etiologie, tijdsduur, habitus, kwaliteit afbeeldingen, ervaring echografist
- DD/ bloed (na trauma cave bloed en milt/leverschade), ascites, urine, gal, lymfe; cave EUG
1 Hoe
- windows: vanuit axillaire lijn lever (RBQ) en milt (LBQ), boven symfyse blaas (pelvis)
- systematische anatomische ruimten langs gaan
- tilt steeds de hele ruimte van voor naar achteren door
- RBQ, benadering als bij echografie PLAPS / nier
- subdiafragmatische ruimte
- hepatorenale ruimte (!!)
- onderpool nier (onderzijde paracolische goot)
- LBQ, benadering als bij PLAPS / nier / milt
- subdiafragmatische / perisplenische ruimte (!)
- splenorenale ruimte
- onderpool nier
- bekken, benadering als bij echografie blaas
- diepte minimaal zodat blaas bovenste helft beeld inneemt
- pas far field gain aan
- M: rectovesiculaire of V: rectouteriene ruimte (Douglas) of vesicouterien
- bekijk onder gehele blaas/prostaat in 2 richtingen
- vergroot evt. sensitiviteit door
- Trendelenburg
- anti-Trendelenburg
- blaas te vullen met warme zoutoplossing via afgeklemde catheter
- let op:
- echogeniciteit
- heterogeniteit
- loculatie
- septatie
- vrij zwevende darmen
1.1 Pitfalls
- lege blaas
- s.c. emfyseem
- gas in darm/maag
- wonden
- asplenie
- dunne darm kan met stevige druk en subtiele tilting opzij geschoven worden
- chirurgie kan plaats van verzameling van vocht veranderen, let op chirurgische littekens
- vocht rond nier en niet in peritoneum kan ook retroperitoneaal vocht zijn: letsel aorta / ureter
- vochtcollectie: welomgeschreven tenzij adhesies
- met vocht gevulde maag (of ander orgaan)
- niercyste in perinefritisch vet
- vesiculae seminales
2 Interpretatie
- bij mannen normaal geen vocht aanwezig
- bij vrouwen vaak geringe hoeveelheid in bekken (afhankelijk van stabiliteit/kliniek relevant)
- niet anechogeen: pus, stolsel, debris
- complicaties: dyspnoe, abdominaal compartimentssyndroom
- DD "dikke buik": ascites, darmgas, buikwandoedeem, foetus
- peritoneale zak
- grote peritoneale zak
- supracolisch (t.o.v. mesocolon transversum)
- subfrenische ruimte
- hepatorenale ruimte (Morrison's zak, R subhepatische ruimte): lever - nier - buikwand - duodenum)
- infracolisch
- supracolisch (t.o.v. mesocolon transversum)
- kleine peritoneale zak
- bursa omentalis major
- bursa omentalis minor (linker subhepatische ruimte)
- verbinding L/R hepatorenale ruimte: foramen epiploica (van Winslow)
- verbinding via de paracolische goot, lateraal van ascenderende/descenderende colon
- grote peritoneale zak
- laagste t.o.v. zwaartekracht:
- liggend:
- boven ingang pelvis: Morrison (lumbale lordosis en anterieur gelegen promontorium houden vocht daar, door frenicocolisch ligament gaat vocht vanuit LBQ hierheen)
- in pelvis caudaal van sacraal promontorium
- staand: pelvis
- liggend:
3 Verslag
- geen grote hoeveelheid
4 Links